Close Menu

Lezingen zondag 12 oktober

Lezingen zondag 12 oktober

ZEVENENTWINTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR

EERSTE LEZING  2 Koningen 5, 14-17
Uit het tweede boek der Koningen

Toen ging Naäman toch naar de Jordaan. Hij ging zeven keer onder water, zoals de profeet Elisa gezegd had. Zijn huid werd weer gezond, en zo glad als de huid van een kind. Naäman was genezen. Daarna ging Naäman terug naar de profeet Elisa, met al zijn dienaren. Hij zei tegen hem: ‘Nu weet ik zeker dat de God van Israël de enige God in de hele wereld is. Neem daarom alstublieft een geschenk van mij aan.’ Maar Elisa antwoordde: ‘Ik
zal niets van u aannemen. Dat is zo zeker als de Heer leeft. En ik doe alleen wat hij tegen mij zegt.’ Naäman vroeg het hem nog eens, en nog eens. Maar Elisa bleef weigeren. Toen zei Naäman: ‘Ik zie dat u echt niets wilt hebben. Maar als u het goedvindt, wil ik graag wat aarde meenemen uit dit land, zo veel als twee ezels kunnen dragen. Op die aarde wil ik een altaar bouwen om offers te brengen aan de Heer. Ik zal nooit meer offeren aan andere goden.

TWEEDE LEZING  2 Timóteüs 2,8-13
Uit de tweede brief van de heilige apostel Paulus aan Timoteus
Blijf denken aan Jezus Christus, de nakomeling van David. Hij is opgestaan uit de dood. Dat is het goede nieuws dat ik vertel. En vanwege die boodschap moet ik lijden, ik zit zelfs als een misdadiger opgesloten in de gevangenis! Maar Gods boodschap kan niet opgesloten worden. Dat is de reden dat ik alles volhoud. Ik houd vol voor de mensen die God uitgekozen heeft. Zodat ook zij door Jezus Christus gered worden en het eeuwige leven krijgen. Dit is de boodschap waarop we vertrouwen: Als wij met Christus verbonden zijn in zijn dood, dan zijn we ook met hem verbonden in het eeuwige leven.

EVANGELIE  Lucas 17, 11-19
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas

Op weg naar Jeruzalem reisde Jezus door Samaria en Galilea. Toen hij een dorp binnenging, kwamen er tien mensen met een huidziekte naar hem toe. Ze bleven op een afstand staan. Ze riepen naar Jezus: ‘Meester, heb medelijden met ons!’ Toen Jezus hen zag, zei hij: ‘Ga naar een priester. Dan kan hij vaststellen dat jullie gezond zijn.’ Ze deden wat Jezus zei, en onderweg werden ze gezond. Eén van de tien ging terug naar Jezus. Hij zong en juichte voor God, omdat hij weer gezond was. Hij dankte God. Iedereen kon hem horen. En hij knielde voor Jezus om hem te bedanken. De man was geen Jood, maar kwam uit Samaria. Jezus zei tegen hem: ‘Er zijn toch tien mensen beter gemaakt? Waar zijn de andere negen? Jij komt als enige terug om God te eren. En je bent niet eens een Jood!’ Toen zei hij tegen de man: ‘Sta op en ga naar huis. Je bent gered dankzij je geloof.’